Ik kan me nog goed herinneren uit de tijd dat mijn eigen kinderen klein waren hoe naar ik het vond mijn dochters te laten inenten. Die grote naald in zo’n klein mensje. Hierna kwam ook vaak nog de reactie op de prikken, hangerig zijn, koortsig. Met mijn achtergrond in de zorg als verpleegkundige en als volwassene begreep ik echter wel waarom ik mijn kinderen dit ‘aandeed’. Door het vaccinatie programma van de overheid hebben we vreselijke ziekten als polio uitgebannen in ons mooie land.
Dat effect wordt nog eens versterkt omdat voor veel infectieziekten er door het vaccineren sprake is van groepsimmuniteit. Dat betekent dat wanneer veel kinderen ingeënt zijn tegen een bepaalde infectieziekte, deze ziekte minder vaak voor komt. Ook kinderen die niet ingeënt zijn, lopen dan minder risico de infectieziekte te krijgen. Ze worden als het ware beschermd door de groep ingeënte kinderen. Om deze groepsimmuniteit te creëren en te behouden is het belangrijk dat zo veel mogelijk kinderen ingeënt zijn.
Afgelopen week las ik in de krant dat de vaccinatiegraad in Gouda en omgeving is gezakt tot onder de norm van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) en onder het landelijk gemiddelde. De vaccinatiegraad daalt; ook in onze gemeente. Ik vind dit zorgelijk! Het valt hierbij op dat er een relatief grote groep van ouders is die hun kinderen weigeren te laten vaccineren uit angst voor bijwerkingen. Over vaccins gaan veel verhalen rond, er zou een link zijn tussen vaccinaties en autisme, vaccins zouden vol zitten met giftige hulpstoffen en onnatuurlijk en volkomen onnodig zijn. In een artikel in de Volkskrant d.d. 25-10-18 worden al deze ‘horrorverhalen’ ontkracht door wetenschappelijke experts en studies.
Ik ben er van overtuigd dat de voorlichting over vaccineren beter kan en beter moet. De gemeente zal hier, samen met de GGD, het voortouw in moeten nemen en zorgen voor transparantie en eerlijkheid.