Kernenergie brengt mij wél een lonkend perspectief

Reactie op RES Kansentafel van 27 januari 2021 Als ik door de natuur van het Groene Hart wandel, hoop ik dat dit gebied bewaard blijft voor ons nageslacht. Alleen, met de huidige irrealistische plannen heb ik daar een hard hoofd in. Gelukkig is wel iedereen het erover eens dat de conversie naar een CO2 vrije samenleving sneller gerealiseerd moet worden. Maar de manier waarop laat te wensen over: de Regionale Energie Strategie (RES) gaat ervan uit dat de energie volledig lokaal gegenereerd wordt met windmolen parken en zonneweides in het Groene Hart. En precies daar zit voor mij de pijn.

Een betoog voor een landelijke aanpak met een lange termijnstrategie, waarin het benutten van daken van (overheids)gebouwen, wind en zonneparken op zee, in combinatie met kernenergiecentrales een belangrijke rol spelen. 

Coöperaties tussen bewoners en gemeente voor zonnepanelen op (overheids)gebouwen

In mijn ideaal plaatje worden lokale projecten opgestart in samenspraak met en voor de bewoners, tegelijkertijd doen gemeentes en provincies investeringen in nationale projecten. Voorbeelden van dergelijke lokale projecten zijn de coöperaties tussen bewoners en gemeente voor zonnepanelen op overheidsgebouwen. Er is 400 km2 dakoppervlak van overheidsgebouwen in Nederland; 20 km2 daarvan is van gemeentelijke gebouwen. Daar wordt nu niets mee gedaan. Het zou mooi zijn als deze  coöperaties versneld gebruik kunnen maken van deze daken. In een tweede fase kunnen diezelfde coöperaties zonnepanelen op overdekte gemeentelijke parkeerterreinen plaatsen. 

Hetzelfde concept is toepasbaar op daken van bedrijfsgebouwen en bij VvE’s. Mochten enkele eigenaren van appartementen niet willen investeren, dan kunnen zij met onderlinge goedkeuring uitgekocht worden door deze coöperaties, zodat de projecten toch door kunnen gaan. Een zeer belangrijk voordeel: de elektrische infrastructuur is hier reeds aanwezig. Hierdoor is de terugverdientijd circa vijf tot zeven jaar. Op provinciaal niveau kunnen we met meerdere gemeentes in het Groene Hart coöperatief participeren in zonneparken langs snelwegen, op geluidswallen, langs spoorlijnen en eventueel ook in energieopwekking op zee. 

Groene weides

Bovengenoemd plan voor coöperaties is een realistisch alternatief, omdat ons landschap in stand gehouden wordt en bewoners hiervan financiële voordelen ervaren. De energieopbrengsten van deze coöperaties ondersteunen namelijk op lange termijn het budget van de gemeentes, waardoor de lasten van de burgers minder snel stijgen. Bovendien, niemand van ons wil subsidie geven, zoals voorgesteld door de ‘groene’ partijen, aan de buitenlandse investeerders die ons landschap verwoesten met gesubsidieerde wind- en/of zonneparken. We zien hiervan reeds het resultaat: bewoners die moeten verhuizen vanwege geluidsoverlast van windmolens. 

Ik kom in opstand tegen de zogenaamd groene lobby die nieuwe windmolens zoals de Haliade in Rotterdam voorstelt in ons Groene Hart. Wilt u een windmolen van 260 m hoogte met rotorbladen van 107 m in uw achtertuin? Kunt u zich een voorstelling maken van de geluidsoverlast. Ga eens kijken op de Maasvlakte. Deze molens zijn bedoeld om op zee geïnstalleerd te worden, niet in uw achtertuin.

 


Maar, levert deze oplossing voldoende energie op per gemeente/provincie, samen met de projecten van de Rijksoverheid voor Nederland? Het antwoord is: nee! We halen onze doestellingen niet.

Kernenergie weer op de agenda

In het klimaatakkoord is afgesproken voor 2030 1,5 miljoen huishoudens ‘van het aardgas’ af te halen. De energie vanuit aardgas wordt vooral vervangen door die van windmolens en zonneparken en het stoken van houtkap in biomassacentrales. De consequentie is dat de weinige natuur in Nederland  wordt opgeofferd. En alleen omdat in de Nederlandse energietransitie geen kernenergie toegepast mag worden volgens het klimaatakkoord. In Frankrijk en in de overige Europese landen daarentegen wel. 

De Franse regering heeft, in tegenstelling tot de Nederlands en ook de Duitse regering, laten uitzoeken wat de juiste mix is om CO2-neutraal energie op te wekken in 2030-2050. Hun conclusie is erg simpel. Als de wind en zon grotendeels wegvallen, zijn er twee opties: veel back-up installeren in de vorm van nog meer windmolens en zonnepanelen, en in het begin ook door gasgestookte centrales die 95% van de tijd uit staan. Hun conclusie is dat er zonder kernenergiecentrales vijf keer zoveel wind en zonne-energie opgesteld moet worden. 

De energierekening stijgt met een factor 4 tot 5 als we kernenergie uitsluiten

De consequentie van het uitsluiten van kernenergie is dat de energierekening een factor vier tot vijf toeneemt voor alle gebruikers. Onacceptabel vinden de Fransen. Dus hebben zij besloten te investeren in enkele vierde generatie, inherent veilige kerncentrales.

In het 1e plaatje zie je de totale kosten (zwarte lijn) voor energieopwekking indien geen kernenergie in de mix wordt opgenomen.

In geel het aandeel duurzaam, in grijs het aandeel kernenergie.


In het 2e plaatje zie je de kosten als er wel kerncentrales gebouwd worden. Zo zou het er voor NL ook uit kunnen zien bij +2-3 centrales.

In het 3e plaatje wordt er vanuit gegaan dat door het kopiëren van hetzelfde ontwerp van kernenergiecentrale de bouwkosten afnemen. Het verschil in de kosten voor de energieopwekking voor huishoudens en bedrijven is een factor 5  


Hoe lossen we het CO2 probleem voor Nederland op? 

Om te voldoen aan het klimaatakkoord 2050, bouwen we in mijn visie enkele van de vierde generatie reactoren. Deze zogenoemde Pressurised Water Reactoren leveren per reactor1650 MWe aan het net. Dit type reactor vervangt ook de oude reactoren in Frankrijk. Wij zouden ons hierbij moeten aansluiten door twee á drie reactoren in Nederland te realiseren. Dit scheelt bovendien enorm in de ontwikkeltijd en kosten. 

Door windmolenparken op zee met drijvende zonneweides te installeren, in combinatie met deze twee tot drie stuks nieuwe kerncentrales zijn we volledig CO2 neutraal in 2050 en hebben we identieke kosten voor ons energieverbruik. De huidige RES-strategie wekt zoveel weerstand op dat de doelstelling van het huidige beleid niet tot de CO2 doelstellingen leidt in 2030 en zeker niet in 2050.

In de tussentijd kunnen universiteiten, zoals Delft, de reactoren die werken op thorium verder ontwikkelen, zodat we deze in 2050 operationeel hebben. Het grote voordeel is dat gebruik van thorium in dit nieuwe type kerncentrales 1/1000 van het afval produceert vergeleken met een conventionele kerncentrale die gebruik maakt van verrijkt uranium. Het afval van de thoriumcentrale heeft een half waarde tijd van driehonderd jaar. Dat is een schim als je die vergelijkt met de half waarde tijd van uranium afval: U238 = 704 miljoen jaar. Bovendien levert een thoriumreactor geen plutonium. 

De thoriumreactor is dus een prima oplossing. In de jaren zestig en zeventig van de vorige eeuw is deze tegengehouden omdat hij geen plutonium produceert en derhalve de wapenwedloop met kernwapens niet ondersteunde. Nu vandaag wordt de ontwikkeling van deze vorm van kernenergie tegengehouden door de ‘groene’ lobby, omdat deze ogenschijnlijk te duur is. 

Duur of gewoon een ander rekensommetje?

Is kernenergie duurder? Ja, in de basis is kernenergie een factor anderhalf duurder dan energieopwekking met wind en zon. Maar met twee tot drie extra kernenergiecentrales, biomassa, zon- en windenergie, compenseert het wel het effect dat we vier a vijf maal zoveel wind- en zonne-energie moeten installeren voor de periodes met weinig zon en of wind. Dus door toch voor kernenergie te kiezen, blijven onze energiekosten een factor vier lager dan in het huidige voorstel en houden wij in 2030 – 2050 dezelfde lasten voor energie. 

Betaalt u het verschil of kiest u voor een realistische oplossing?

De vraag is of Nederland het verschil in kosten wil betalen? De weigering om ook maar te praten over kernenergie heeft geleid tot de huidige RES-strategie. En dan heb ik het nog niet eens over het feit dat er onvoldoende materiaal en professionele manpower aanwezig is voor het aanleggen van de elektrische infrastructuur op het land voor windmolenparken en zonneweides. Daarom concentreer ik me in dit voorstel voornamelijk op projecten op zee.

De energieprijzen stijgen nu al

Is het waar dat de energieprijzen voor ondernemers nu al stijgen? Ja, we zien nu al de consequenties van de ‘groene’ lobby: Tuinders die zijn overgestapt op 100% elektrisch gaan terug naar gas omdat de prijzen stijgen vanwege dure import van elektriciteit. Nederland produceert niet genoeg energie en moet duur inkopen.

Ook het andere alternatief van de ‘groene’ lobby: de gesubsidieerde biobrandstofcentrale op houtpallets biedt geen perspectief. Leveranciers van energie uit biobrandstof, zoals Vattenvall Diemen, ontvangen enorme subsidies voor het verstoken van hout. Dit hout wordt gehaald door 30-50 jaar oude bomen te kappen, met als resultaat: enorme ontbossing en een hogere CO2 uitstoot dan de opwekking van energie met kolencentrales.

Andere tijd, andere keuzes: een groene realistische koers

We leven in een andere tijd, het is tijd voor andere keuzes. Gaan we mee met de ‘groene’ partijen en leveren we onze natuur in voor zonneweides en windparken? Natuur, die bovendien wordt opgekocht door buitenlandse partijen, die daarvoor subsidies – lees: ons geld – ontvangen. Dit in combinatie met het onzinnige idee om al onze oude bomen te kappen en die als groene energie te verkopen. Of gaan we voor een meer realistische groene koers?


Lonkend vergezicht

Kortom: Als het aan mij ligt starten we nu – in en met meerdere gemeentes - met de coöperaties voor zonnepanelen, zoals in het begin van het artikel beschreven. Of met participatie van gemeentes in projecten zoals windpark Fryslan of in wind- of zonneparken op vrije kavels in de Noordzee. (Drijvende zonneparken technologie is getest en weerstaat de golven en stormen op zee.) en bekijken we kernenergie ook vanuit een ander - schoner en groener - perspectief. 



Combinatie van wind- en drijvende zonne- energieprojecten op zee en of op onze meren of uiterwaarden.



Windpark Frysland 



Ik zie mijn kleinkinderen in 2050 in het Groene Hart lopen met meer natuur, overheidsdaken en parkeerterreinen met overdekte zonnepanelen, realistische gemeentelijke belastingen mogelijk gemaakt door inkomsten van coöperaties van wind/zonneparken op zee en zij, mijn nageslacht, discussiëren over de vervanging van oude kerncentrales  door thoriumcentrales, met de inherente consequentie dat er minder kernwapens in de wereld komen wegens gebrek aan plutonium.

Namens de VVD Bodegraven-Bodegraven bieden wij de burgers graag een realistische toekomst.